Na gisteravond FC Utrecht met 2-1 te hebben verslagen, werd Feyenoord vandaag op het bordes van het Rotterdamse stadhuis gehuldigd voor het winnen van de beker. Het heeft ergens natuurlijk wel iets gênants, om als club die ooit met een Europacup op de Coolsingel stond, daar nu met slechts een schamele KNVB-Beker te verschijnen. Dat tienduizenden fans, ondanks het slechte weer en het onpraktische tijdstip, present waren om het team toe te juichen maakt duidelijk dat Feyenoord al lang niet meer in een positie verkeert om de neus op te halen voor welke prijs dan ook.
Het was de vierde keer dat Feyenoord het bordes betrad met een KNVB-beker. De primeur vond plaats in 1991, toen een 1-0 overwinning op Den Bosch Feyenoord de eerste prijs in zeven jaar opleverde. Dat de ploeg op het stadhuis gehuldigd zou gaan worden kwam destijds als een verrassing voor de spelers. Waar aanvoerder Dirk Kuyt dit jaar van te voren al had aangegeven bij winst van de beker absoluut naar de Coolsingel te willen, hadden de spelers destijds hun bedenkingen. Het was een moeizame overwinning geweest en men was bang dat er weinig animo zou zijn voor een huldiging voor een prijs die destijds nadrukkelijk als een ondergeschoven kindje gold. Verdediger John de Wolf: “Wat moeten we nou op de Coolsingel, zeiden we tegen elkaar. Maar toen we eenmaal op het bordes stonden, zagen we zo’n 40.000 mensen voor onze neus staan. Dan zie je ineens wat zo’n beker allemaal losmaakt.”